Activiteiten
Bondsschuttersfeest of kortweg BondsfeestJaarlijks worden er enkele bondsfeesten georganiseerd bij de schuttersbond Maas en Kempen. Volgens een beurtrolsysteem organiseert elke lid-schutterij op die manier iedere 4 á 5 jaar een bondsschuttersfeest. Bij zo'n organisatie komt heel wat kijken en de organiserende schutterij heeft dan ook de handen vol. Het feest zelf is de bekroning voor de vele inspanningen.
Een bondsfeest wordt om 13u45 geopend door het hijsen van de vlag temidden van een cirkel van verzamelde vaandeldragers. Na de openingstoespraak van de voorzitter voegen de vaandeldragers zich bij hun schutterij waarna de optocht kan vertrekken. De optocht |
De optocht vertrekt altijd om 14 uur vanop de feestweide en is maximaal 2 km lang. In het parcours is er een defilé voorzien alwaar de genodigden van het bondsschuttersfeest - schepenen, burgemeester, sponsoren en andere hoogwaardigheidsbekleders - plaats kunnen nemen.
Elke schutterij dient met 12 man en de commandant aan de optocht mee te doen op straf van boete. Het koningszilver (vogel) moet meegedragen worden evenals de trom, het vaandel en herkenningstekens van de schutterij.
De deelnemende schutterijen worden tijdens de optocht beoordeeld aan de hand van hun categorie. Een schutterij is ingedeeld als 'Gilde exercitie' of als 'Belgische exercitie', afhankelijk van hun uniformering. De onderdelen waarop zij worden beoordeeld door externe juryleden zijn onder andere 'Mooiste geheel' of 'Beste commandant'. Voor elk wedstrijdonderdeel is er per categorie een prijs voorzien.
De optocht eindigt terug op het feestterrein en wordt daar ontbonden. De konings- en keizerparen, vaandeldragers, marketentsters en hofdames begeven zich dan naar het wedstrijdterrein. Op de muzikale noten van de plaatselijk fanfare defileren de konings- en keizerparen, vaandeldragers, marketentsters en hofdames een laatste maal langs de genodigden. De marketensters bieden hen een hapje en een drankje aan.
Elke schutterij dient met 12 man en de commandant aan de optocht mee te doen op straf van boete. Het koningszilver (vogel) moet meegedragen worden evenals de trom, het vaandel en herkenningstekens van de schutterij.
De deelnemende schutterijen worden tijdens de optocht beoordeeld aan de hand van hun categorie. Een schutterij is ingedeeld als 'Gilde exercitie' of als 'Belgische exercitie', afhankelijk van hun uniformering. De onderdelen waarop zij worden beoordeeld door externe juryleden zijn onder andere 'Mooiste geheel' of 'Beste commandant'. Voor elk wedstrijdonderdeel is er per categorie een prijs voorzien.
De optocht eindigt terug op het feestterrein en wordt daar ontbonden. De konings- en keizerparen, vaandeldragers, marketentsters en hofdames begeven zich dan naar het wedstrijdterrein. Op de muzikale noten van de plaatselijk fanfare defileren de konings- en keizerparen, vaandeldragers, marketentsters en hofdames een laatste maal langs de genodigden. De marketensters bieden hen een hapje en een drankje aan.
De nevenwedstrijdenNa de optocht beginnen op de feestweide de zogenaamde nevenwedstrijden. Er zijn schoonheidswedstrijden voor hofdames, marketentsters en koninginnen maar ook voor keizers- en koningsparen. Muziekkorpsen en trommelaars laten zich horen tegenover een muziekjury terwijl vendeliers hun kunsten kunnen laten beoordelen door andere vakkundige juryleden.
De schietwedstrijd |
Schieten met de Limburgse buks is toegestaan vanaf een leeftijd van 16 jaar. Daarom wordt er op een bondsfeest speciaal voor de jeugdige schutters een individuele wedstrijd met de windbuks ingericht. Vanaf het moment dat een jeugdlid de windbuks zelfstandig kan hanteren, mag hij of zij deelnemen aan de schietwedstrijd met de windbuks. Een jeugdlid wordt ingedeeld in één van deze 3 categorieën : jeugd C voor de -10-jarigen, jeugd B voor diegenen die 10, 11, 12 of 13 jaar oud zijn en jeugd A voor de 14- en 15-jarigen. Bij het inschieten horen er door elk jeugdlid 9 bölkes afgeschoten te worden. Diegenen die alle punten afhaalden, gaan door naar de kaveling. Er wordt bij de jeugd gekaveld totdat er een winnaar overblijft. Voor de beste schutters van elke categorie - jeugd A, jeugd B en jeugd C -worden er geldprijzen voorzien
Voor de schietwedstrijd met de buks schiet elke schutterij met ploegen van 6 personen. In de A-ploeg worden de allerbeste schutters afgevaardigd. De overige ploegen worden samengesteld met andere schutters. Zo kan een schutterij een A-, B-, C-, D- en zelfs een E-ploeg opstellen al naargelang van het aantal leden van de schutterij.
Iedere schutter schiet per ronde 3 bölkes af. Lukt dat voor de zes schutters uit een ploeg drie keer, dan mag die ploeg kavelen. Om het inschieten dus goed door te komen, moet de ploeg in eerste instantie 54 bölkes naar beneden halen. Wanneer er tijdens het inschieten wordt gemist door één of meerdere schutters uit een ploeg, dan is het onzeker of die ploeg door mag naar de kaveling. Alles is dan afhankelijk van de resultaten van de andere ploegen van de andere deelnemende schutterijen. Missen tijdens het kavelen betekent in de meeste gevallen wel dat de ploeg kan inpakken. Maar ook daar is nog veel afhankelijk van de resultaten van de andere ploegen en de volgorde van het gemiste bölke. Alle rake schoten en missers worden genoteerd door een optekenaar.
De schutters van een ploeg schieten steeds in dezelfde volgorde en zij schieten de bolletjes op de hark af van boven naar onder en van buiten naar binnen zonder er ook maar één over te slaan. Een ploeg mag verder kavelen zolang er geen missers zijn.
Voor de ploegen die het langst zonder missers blijven, wordt er een geldprijs voorzien.
Iedere schutter schiet per ronde 3 bölkes af. Lukt dat voor de zes schutters uit een ploeg drie keer, dan mag die ploeg kavelen. Om het inschieten dus goed door te komen, moet de ploeg in eerste instantie 54 bölkes naar beneden halen. Wanneer er tijdens het inschieten wordt gemist door één of meerdere schutters uit een ploeg, dan is het onzeker of die ploeg door mag naar de kaveling. Alles is dan afhankelijk van de resultaten van de andere ploegen van de andere deelnemende schutterijen. Missen tijdens het kavelen betekent in de meeste gevallen wel dat de ploeg kan inpakken. Maar ook daar is nog veel afhankelijk van de resultaten van de andere ploegen en de volgorde van het gemiste bölke. Alle rake schoten en missers worden genoteerd door een optekenaar.
De schutters van een ploeg schieten steeds in dezelfde volgorde en zij schieten de bolletjes op de hark af van boven naar onder en van buiten naar binnen zonder er ook maar één over te slaan. Een ploeg mag verder kavelen zolang er geen missers zijn.
Voor de ploegen die het langst zonder missers blijven, wordt er een geldprijs voorzien.
Op het einde van een bondsfeest worden alle uitslagen van de optocht-, neven- en schietwedstrijden bekend gemaakt. Ook de zogenaamde dagprijs wordt dan uitgereikt aan de schutterij die de beste totaalscore had in de schietwedstrijd en in de optocht.
Erekruisschieten
De zaterdag volgend op een bondschuttersfeest organiseert de schutterij die het bondsfeest had, een erekruisschieting . Iedere schutter die op zondag in een zestal meeschoot, kan hieraan deelnemen. Het erekruis is een onderscheiding die een schutter verdient, indien hij op de erekruisschieting 102 rake schoten doet.
Ook jeugdigen kunnen met de windbuks een erekruis schieten. Zij hoeven geen 102 rake schoten te doen. Het aantal schoten dat door hen afgehaald moet wordenn is afhankelijk van hun leeftijd.
Ook jeugdigen kunnen met de windbuks een erekruis schieten. Zij hoeven geen 102 rake schoten te doen. Het aantal schoten dat door hen afgehaald moet wordenn is afhankelijk van hun leeftijd.
Het bondskoning- en prinsschieten
Iedere schutterij houdt jaarlijks binnen de eigen vereniging een koningsschieting. Jaarlijks wordt ook een koningsschieting van de bond van schutterijen Maas en Kempen georganiseerd. Tot 2003 gebeurde dit om de twee jaren. De koning van elk van de aangesloten verenigingen mag deelnemen aan deze wedstrijd. Het verloop van de schieting is dezelfde als bij de eigen vereniging.
Sinds 2011 wordt er ook voor de jeugd iets georganiseerd : het prinsschieten wordt gedaan met de windbuks. Deelnemen kan indien de leeftijd van 16 jaar nog niet werd bereikt.
Sinds 2011 wordt er ook voor de jeugd iets georganiseerd : het prinsschieten wordt gedaan met de windbuks. Deelnemen kan indien de leeftijd van 16 jaar nog niet werd bereikt.
Rangschikking Bondskoning
1991 - René Maesen van Sint-Martinus Niel-bij-As
1993 - Hubert Steijvers 1997 - Johan Janssen van Sint-Servatius Raam 1999 - Hendrik De Backers 2001 - Jaak Craeghs 2003 - René Joosten van Sint-Martinus Grootbeersel 2004 - Jozef Jansen 2005 - René Joosten van Sint-Martinus Grootbeersel 2006 - Ludo Steyfkens 2007 - Patrick Biesmans 2008 - Valère Housen 2009 - Peter Jame 2010 - André Evens 2011 - Anita Perceval 2012 - Dominiek Jacobs 2013 - Jaak Kenis van Sint-Catharina Beek 2014 - Johan Breukers van Sint-Martinus Kinrooi 2015 - Patrick Vanclooster van Sint-Amandus Opglabbeek 2016 - Jean Van Eygen van Sint-Servatius Raam 2017 - Luc Bielen van Sint-Sebastiaan As 2018 - Marc Hendrickx van Sint-Harlindis&Relindis Ellikom 2019 - Kris Kerkhofs van Sint-Joris Kaulille |
Rangschikking Bondsprins
2011 - Annick Ulenaers
2012 - Jany Evens van Sint-Martinus Grootbeersel 2013 - Jany Evens van Sint-Martinus Grootbeersel 2014 - Jany Evens van Sint-Martinus Grootbeersel 2015 - Lars Bosmans van Sint-Dionysius Opoeteren 2016 - Tom Jacobs van Sint-Dionysius Opoeteren 2017 - Sven Baens van Sint-Hubertus Manestraat 2018 - Lowie Lenaerts van Sint-Harlindis&Relindis Ellikom 2019 - Fleur Malfait van Sint-Martinus Kinrooi Hiernaast Jany Evens bij zijn huldiging in 2015
|
Het Oud Limburgs Schuttersfeest of O.L.S.
Het Oud-Limburgs Schutterfeest of O.L.S. kent een traditie van ruim 130 jaar.
De oorsprong ligt bij het eerste Maasoverschrijdend schuttersfeest: het "Groot Internationaal Schuttersfeest". Opvallend daarbij was de eer die de winnaar te beurt viel: die mocht het grote schutterfeest voor de twee Limburgen het daaropvolgende jaar organiseren. Het duurt echter nog tot in 1906, voor de naam Oud-Limburgs Schutterfeest opduikt.
De oorsprong ligt bij het eerste Maasoverschrijdend schuttersfeest: het "Groot Internationaal Schuttersfeest". Opvallend daarbij was de eer die de winnaar te beurt viel: die mocht het grote schutterfeest voor de twee Limburgen het daaropvolgende jaar organiseren. Het duurt echter nog tot in 1906, voor de naam Oud-Limburgs Schutterfeest opduikt.
D'n Um
Het grootste cultuur-historisch evenement van beide Limburgen is een wedstrijd tussen meer dan 160 schutterijen. Meer dan 10.000 schutters zorgen voor een grandioos spektakel. Tijdens de optocht worden de schutterijen door een vakjury beoordeeld op 60 verschillende onderdelen.
Natuurlijk blijft het belangrijkste onderdeel van het hele gebeuren de schietwedstrijd. Elke schutterij neemt deel met één zestal, dat een heroïsche strijd aangaat met de andere schutterijen. Uiteindelijk blijft de sterkste ploeg over. Die mag de fel begeerde hoofdprijs, "d'n Um" (het bronzen beeldje dat de broederlijkheid van het O.L.S. weergeeft) in ontvangst nemen. De schutterij staat dan voor een gigantische uitdaging: de organisatie van het O.L.S. in het volgende jaar.
Natuurlijk blijft het belangrijkste onderdeel van het hele gebeuren de schietwedstrijd. Elke schutterij neemt deel met één zestal, dat een heroïsche strijd aangaat met de andere schutterijen. Uiteindelijk blijft de sterkste ploeg over. Die mag de fel begeerde hoofdprijs, "d'n Um" (het bronzen beeldje dat de broederlijkheid van het O.L.S. weergeeft) in ontvangst nemen. De schutterij staat dan voor een gigantische uitdaging: de organisatie van het O.L.S. in het volgende jaar.
Oorsprong
Aanvankelijk deden maar enkele schutterijen mee aan de schietwedstrijd. Die kwamen voornamelijk uit het gebied Neeroeteren - Kessenich - Neeritter. Vroeger mochten de schutterijen met zoveel drietallen aantreden als ze wilden. Maar uiteindelijk gaf dit teveel moeilijkheden, want schutters van verschillende schutterijen organiseerden zich, om op die manier het O.L.S. naar hun dorp te halen.
Tot 1926 schoot men met drietallen. Vanaf dat jaar schoot men met zestallen en men probeerde elke schutterij met slechts één zestal te laten deelnemen. In het begin was alleen het schieten belangrijk. Geleidelijk aan veranderde die gedachtegang en werd er ook meer aandacht besteed aan de "folklore".
In 1927 organiseerde schutterij Sint-Catharina Stramproy het O.L.S. op een totaal nieuwe manier en met een vernieuwd reglement. Dit leidde in 1937 tot de oprichting van de Oud- Limburgse Schuttersfederatie. Officieel was de benaming "Federatie van in Nederlandsch en Belgisch Limburg gevestigde Bonden van Schutterijen, Schietverenigingen en Broederschappen".
Tot 2002 konden vrouwen niet aantreden op een O.L.S. Sinds 2002 kunnen vrouwen, indien hun schutterij dit toelaat, meeschieten voor d'n Um.
Tot 1926 schoot men met drietallen. Vanaf dat jaar schoot men met zestallen en men probeerde elke schutterij met slechts één zestal te laten deelnemen. In het begin was alleen het schieten belangrijk. Geleidelijk aan veranderde die gedachtegang en werd er ook meer aandacht besteed aan de "folklore".
In 1927 organiseerde schutterij Sint-Catharina Stramproy het O.L.S. op een totaal nieuwe manier en met een vernieuwd reglement. Dit leidde in 1937 tot de oprichting van de Oud- Limburgse Schuttersfederatie. Officieel was de benaming "Federatie van in Nederlandsch en Belgisch Limburg gevestigde Bonden van Schutterijen, Schietverenigingen en Broederschappen".
Tot 2002 konden vrouwen niet aantreden op een O.L.S. Sinds 2002 kunnen vrouwen, indien hun schutterij dit toelaat, meeschieten voor d'n Um.
Rangschikking
1876 - Kessenich(B) St. Martinus
1877 - Neeroeteren (B) 1878 - Kessenich (B) St. Martinus 1879 - Grevenbicht Heilig Kruis 1880 - Haelen St. Anna 1881 - Neeroeteren (B) 1882 - Neeritter St. Lambertus en St. Remigius 1883 - Haelen St. Anna 1884 - Buggenum St. Aldegundis 1885 - Neer Schutterij van het H. Sacrament 1886 - Haelen St. Agatha 1887 - Horn St. Martinus 1888 - Molenbeersel (B) 1889 - Heythuysen St. Nicolaas 1890 - Neeritter St. Remigius 1891 - Heythuysen St. Nicolaas 1892 - Neeritter St. Lambertus en St. Remigius 1893 - Stramproy St. Antonius en St. Catharina 1894 - Heythuysen St. Nicolaas 1895 - Neeritter St. Remigius 1896 - Grathem St. Severinus 1897 - Beegden St. Sebastianus 1898 - Echt St. Petrus en Paulus 1899 - Born St. Martinus 1900 - Neeritter St. Lambertus en St. Remigius 1901 - Born St. Martinus 1902 - Heythuysen St. Nicolaas 1903 - Nunhem St. Servatius 1904 - Haelen St. Anna 1905 - Nunhem St. Servatius 1906 - Buggenum (NL) 1907 - St-Odiliënberg Prins Hendrik 1908 - Melick St. Andreas 1909 - Echt St. Landricus 1910 - Neer Oranje Schutters 1911 - Roermond St. Christoffel 1912 - Herkenbosch St. Sebastianus 1913 - Horn St. Martinus 1914 - Wessem St. Joris 1919 - Santfort St. Anna
1920 - St-Odiliënberg Prins Hendrik 1921 - Vlodrop St. Martinus 1922 - Neer Oranje Schutters 1923 - Linne St. Martinus 1924 - Tegelen St. Hubertus 1925 - Leveroy St. Barbara 1926 - Montfort St. Urbanus 1927 - Stramproy St. Catharina 1928 - Tegelen St. Hubertus 1929 - Maalbroek Wilskracht 1930 - Obbicht St. Willibrordus 1931 - Baarlo St. Antonius 1932 - Wessem St. Joris 1933 - Baarlo St. Antonius 1934 - Montfort St. Urbanus 1935 - Wessem St. Joris |
1936 - Beesel St. Georgius
1937 - Krawinkel-Geleen St. Antonius 1938 - Neeritter St. Lambertus 1939 - Tegelen St. Martinus 1947 - Santfort St. Anna 1948 - Wessem St. Joris 1949 - Heythuysen St. Nicolaas 1950 - Asenray St. Martinus 1951 - Horn St. Martinus 1952 - Rotem St. Monulphus en Gondulphus 1953 - Beesel St. Georgius 1954 - Margraten St. Sebastianus 1955 - Meijel St. Willibrordus 1956 - Oler St. Petrus 1957 - Beesel St. Georgius 1958 - Oirsbeek St. Lambertus 1959 - Boukoul Oranje 1960 - Limbricht St. Salvius 1961 - Leveroy St. Barbara 1962 - Kaulille (B) St. Joris 1963 - Leveroy St. Barbara 1964 - Limbricht St. Salvius 1965 - Tegelen St. Hubertus 1966 - Stramproy St. Catharina 1967 - Tegelen St. Hubertus 1968 - Leveroy St. Barbara 1969 - Molenbeersel (B) St. Lambertus 1970 - Louwel (B) St. Lambertus 1971 - Kinrooi (B) St. Ambrosius 1972 - Ubachsberg St. Hubertus 1973 - Eys St. Sebastianus 1974 - Wijlre St. Maternus 1975 - Oirsbeek St. Lambertus 1976 - Ool-Herten St. Michaël 1977 - Niel-bij-As (B) St. Martinus 1978 - Schaesberg St. Hubertus 1979 - Voerendaal St. Sebastianus 1980 - Ubachsberg St. Hubertus 1981 - Dorne (B) St. Sebastiaan 1982 - Beesel St. Georgius en St. Sebastianus 1983 - Eys St. Sebastianus 1984 - Maasmechelen (B) St. Monulphus & Gondulphus 1985 - Dieteren St. Stephanus 1986 - Stramproy St. Catharina 1987 - Kinrooi (B) Kon. St. Martinus 1988 - Grote-Brogel (B) St. Sebastiaan 1989 - Niel-bij-As (B) St. Martinus 1990 - Schaesberg St. Hubertus 1991 - Brunssum St. Gregorius de Grote 1992 - Kelpen-Oler St. Petrus 1993 - Koningsbosch St. Joseph |
1994 - Stokkem (B) St. Elisabeth
1995 - Voerendaal St. Sebastianus 1996 - Bocholt (B) St. Laurentius 1997 - Kaulille (B) St. Joris 1998 - Kinrooi (B) St. Martinus 1999 - Reuver St. Barbara 2000 - Baarlo St. Antonius en St. Petrus 2001 - Boshoven-Weert St. Oda 2002 - Ellikom (B) St. Harlindis en St. Relindis 2003 - Kessenich (B) St. Martinus 2004 - Opglabbeek (B) St. Amandus 2005 - Wessem St. Joris 2006 - Stramproy St. Catharina 2007 - Nederweert St. Antonius 2008 - Opoeteren (B) St. Dionysius 2009 - Neer St. Sebastianus 2010 - Grubbenvorst St. Jan 2011 - Stokkem (B) St. Elisabeth 2012 - Ellikom (B) St. Harlindis en St. Relindis 2013 - Stramproy St. Antonius 2014 - Grevenbicht/Papenhoven Eendracht 2015 - Maasniel St. Urbanus 2016 - Maasmechelen (B) St. Monulphus & Gondulphus 2017 - Merkelbeek St. Johannes & Clemens 2018 - Raam (B) Sint-Servatius |
Het Limburgs Dames Schuttersfeest of L.D.S.
In 1992 organiseerde schutterij Sint-Agatha Haelen een schuttersfeest waaraan alleen dames mochten deelnemen. Dit schuttersfeest werd een succes. In het daaropvolgende jaar stond dit schuttersfeest op de agenda als 'Limburgs Dames Schuttersfeest' (L.D.S.). In het begin verliep de medewerking wat stroef. Oudere bestuurders zagen een schuttersfeest voor dames niet zitten. Het openstellen van het Oud-Limburgs Schuttersfeest voor dames vond evenmin gehoor. Door het alsmaar toenemende succes van het L.D.S. werd een overkoepelende organisatie wenselijk. Op 12 september 1996 zag de Stichting Limburgs Dames Schuttersfeest het licht. De Stichting L.D.S. ziet toe op de naleving van de reglementen tijdens het L.D.S. Ook ondersteunt ze de organisatoren tijdens de voorbereiding van het L.D.S.
Sinds 2001 is het reglementair wel toegestaan om dames op te nemen in het zestal dat schiet op het Oud- Limburgs Schuttersfeest. Of men echter van deze mogelijkheid gebruikt maakt, beslist elke schutterij individueel.
Sinds 2001 is het reglementair wel toegestaan om dames op te nemen in het zestal dat schiet op het Oud- Limburgs Schuttersfeest. Of men echter van deze mogelijkheid gebruikt maakt, beslist elke schutterij individueel.
De Ut
Evenals bij het O.L.S. heeft de winnende schutterij van het L.D.S. het recht om het feest het daaropvolgende jaar te organiseren. In navolging van de succesvolle rol die d'n Um speelt op het O.L.S., liet de Stichting L.D.S. door kunstenares Truus Coumans de Ut ontwerpen. Op 8 mei 1998 werd de Ut voor het eerst uitgereikt aan het winnende drietal van Schutterij Sint-Joseph uit Koningsbosch.
Het L.D.S. is te vergelijken met een mini-uitvoering van het O.L.S., omdat niet alle schutterijen vrouwelijke leden hebben en er in elk geval minder vrouwelijke dan mannelijke leden zijn. Nadat dames werden toegelaten om mee te schieten op het O.L.S. daalde het aantal deelnemers verder.
De schietwedstrijd op het L.D.S. verschilt ook, omdat er met drietallen geschoten wordt (en niet met zestallen zoals op een O.L.S.). Het aantal drietallen per schutterij is onbeperkt, terwijl bij een O.L.S. slechts één ploeg mag aantreden. Voor het overige zijn er geen verschilpunten tussen de beide feesten.
Het L.D.S. is te vergelijken met een mini-uitvoering van het O.L.S., omdat niet alle schutterijen vrouwelijke leden hebben en er in elk geval minder vrouwelijke dan mannelijke leden zijn. Nadat dames werden toegelaten om mee te schieten op het O.L.S. daalde het aantal deelnemers verder.
De schietwedstrijd op het L.D.S. verschilt ook, omdat er met drietallen geschoten wordt (en niet met zestallen zoals op een O.L.S.). Het aantal drietallen per schutterij is onbeperkt, terwijl bij een O.L.S. slechts één ploeg mag aantreden. Voor het overige zijn er geen verschilpunten tussen de beide feesten.
Rangschikking
1992 - Sint-Agatha Haelen
1993 - Sint-Martinus Horn 1994 - Sint-Urbanus Maasniel 1995 - Oranje Nassau Roermond 1996 - Sint-Agatha Haelen 1997 - Sint-Laurentius Bocholt 1998 - Sint-Joseph Koningsbosch 1999 - Sint-Sebastiaan Sint-Huibrechts-Lille 2000 - Sint-Sebastiaan Grote-Brogel 2001 - Sint-Lambertus Molenbeersel 2002 - Sint-Laurentius Bocholt 2003 - Sint-Amandus Opglabbeek 2004 - Sint-Lambertus Molenbeersel (verv. door Sint-Agatha Haelen) 2005 - Sint Antonius Nederweert 2006 - Sint-Martinus Niel-bij-As 2007 - Sint-Elisabeth Stokkem 2008 - Sint-Catharina Beek 2009 - Sint Elisabeth Stokkem 2010 - Sint Monulphus & Gondulphus 1 Maasmechelen 2011 - Sint Elisabeth Stokkem |
2012 - Sint Sebastianus Ell
2013 - Sint Harlindis & Rellindis Ellikom 2014 - Sint Sebastiaan Sint Huibrechts Lille 2015 - Sint Michaël Doenrade 2016 - Sint Elisabeth Stokkem 2017 - Sint Agatha Haelen 2018 - Sint-Urbanus Maasniel |